WELKOM OP DE SITE VAN DE GODDELIJKE BARMHARTIGHEID

Zuster Faustina werd geboren op 25 augustus 1905 en ontving de doopnaam Helena. Haar ouders, arme landbouwers, hadden tien kinderen. In 1921 ging zij, 16 jaar oud, haar diensten aanbieden in een gezin om haar ouders financieel bij te staan. In 1922 wilde zij intreden in het klooster. Maar haar ouders hadden de middelen niet en met veel moeite kon zij haar uitzet bijeenkrijgen. Op 1 augustus 1925 werd Helena aanvaard bij de zusters van O.L.Vrouw van Barmhartigheid. Deze zette zich in voor de opvoeding van arme meisjes die in moeilijke omstandigheden verkeerden. Op 30 April 1926 ontving zij het habijt en de kloosternaam zuster Maria-Faustina. [Faustina betekent: begunstigde] Weinig onderlegd – ze had nauwelijks enige jaren lager onderwijs genoten – vervulde zij in de verschillende kloosters wat haar oversten haar opdroegen: de taak van o.a. keukenhulp, hovenierster en portierster. De liefde tot God en de naastenliefde brachten haar tot een buitengewone graad van offervaardigheid en intimiteit met God. Op bevel van haar geestelijke leider schreef zij haar dagboek, dat uiteindelijk zes delen bevat. [Hieruit zijn de belangrijkste teksten van dit boekje overgenomen]. Na veel lijden stierf zij aan tuberculose op 5 oktober 1938. Zij was pas 33 jaar. Op 25 november 1966 werd haar stoffelijk overschot overgebracht naar de kapel van de zusters van O.L. Vrouw van Barmhartigheid te Lagiewniki. [Krakau] Paus Johannes Paulus II verklaarde haar zalig op 18 april 1993 en heilig op 30 april 2000.